w | g | v | p | |||
---|---|---|---|---|---|---|
1 | EXC | 17 | 12 | 2 | 3 | 38 |
2 | VOL | 18 | 11 | 3 | 4 | 36 |
3 | GRA | 17 | 9 | 5 | 3 | 32 |
4 | DOR | 18 | 9 | 5 | 4 | 32 |
5 | HEL | 18 | 9 | 4 | 5 | 31 |
6 | EMM | 17 | 9 | 3 | 5 | 30 |
7 | DBO | 18 | 8 | 5 | 5 | 29 |
8 | CAM | 18 | 9 | 2 | 7 | 29 |
9 | RJC | 17 | 7 | 6 | 4 | 27 |
10 | ADO | 18 | 6 | 7 | 5 | 25 |
11 | TEL | 18 | 5 | 8 | 5 | 23 |
12 | EIN | 17 | 6 | 4 | 7 | 22 |
13 | MVV | 18 | 4 | 8 | 6 | 20 |
14 | TOP | 18 | 4 | 7 | 7 | 19 |
15 | JAZ | 18 | 5 | 3 | 10 | 18 |
16 | JPS | 17 | 5 | 2 | 10 | 17 |
17 | JAJ | 17 | 3 | 6 | 8 | 15 |
18 | VVV | 18 | 3 | 3 | 12 | 12 |
19 | JUT | 17 | 1 | 6 | 10 | 9 |
20 | VIT | 18 | 3 | 7 | 8 | -11 |
Door DENNIS JANSEN
ROTTERDAM - Na afloop van de genante voorstelling op het Kasteel, waar ADO Den Haag de ’degradatiewedstrijd’ van Sparta verloor (2-1) en de rode lantaarn in handen gedrukt kreeg, trok aanvoerder Stijn Vreven fel van leer. „Sommige jongens,” sprak de Belg, „zijn de club ADO Den Haag naar de kloten aan het helpen.”
„Er is veel mis binnen de selectie,” vervolgde Vreven. „Dit is een jaar dat we moeten overleven, maar ik heb toch een heel andere definitie van overleven. Ik hoef de middelen toch niet op te noemen? Iedereen weet toch wat ik bedoel? ADO heeft te veel engelen in de ploeg. Niet iedereen beseft in welke positie ADO zich bevindt. Het is niet aan mij, maar ik zou zeggen: degenen die nu niet alles geven, moeten ophoepelen. Ze verknoeien het voor de anderen en dat kan ik niet verkroppen.”
Stijn Vreven luidt de noodklok. „Als je nú nog niet weet wat je moet brengen, dan houdt toch alles op? Moet je Michael Mols vandaag zien. Die rent de longen uit z’n lijf voor het team. Het team zou zich kapot moeten rennen voor hém. Sommige jongens moet de knop eens omdraaien. Dat begint op de trainingen. Je speelt zoals je traint, wordt wel eens gezegd. Maar ik vind dat er te vrijblijvend, te tam getraind wordt. Dan kun je in wedstrijden ook nooit superscherp voor de dag komen. Dat is geen verwijt aan de trainer, want ik vind dat dat uit een speler zelf moet komen. Ik ga in ieder geval niet akkoord met de instelling die sommige tonen.”
„Een groot probleem is het concentratieverlies. Dan kun je 25 trainers voor de groep zetten, maar dat is bijna niet te trainen. We kunnen het iedere keer toch geen negentig minuten volhouden om geconcentreerd zijn. Het wordt tijd dat iedereen in de spiegel kijkt. De realiteit is dat we op degraderen staan, maar ik zal pas de handdoek gooien als de laatste wedstrijd is gespeeld.”
De matheid die in de midweekse bekerpartij bij Ajax als een deken over de Haagse ploeg viel, was op het kasteel nog niet verdwenen. Vreven: „Ik heb voor de wedstrijd in de kleedkamer gezegd: ’Laten we er samen voor zorgen dat we maandag tijdens de nabespreking niet weer met de koppies omlaag gaan zitten.’ Helaas.”
Vreven had zich veel voorgesteld van de ’degradatiewedstrijd’ tussen Sparta (laatste) en ADO Den Haag (voorlaatste). De Belg speelde prompt één van zijn beste wedstrijden van het seizoen. Hij vocht vinnige, faire en vaak gewonnen duels uit met het kwikzilveren lichtgewichtje Bouaouzan.
Het was kortom eindelijk een wedstrijd waarin Vreven kon laten zien wat hij waard was. En ook líet zien wat hij waard was. Hij vond het zelf ook wel tijd worden.
Vreven was met een enkelblessure binnengekomen bij ADO Den Haag en het duurde even voordat de rechtsback helemaal fit was. Ondertussen kende hij enkele ongelukkige momenten. Bij RKC Waalwijk zag hij ’zijn’ mannetje Tim Jansen kort voor het einde de beslissende 1-0 in koppen.
Thuis tegen FC Twente maakte hij bij een 1-0 voorsprong hands op de doellijn en kon hij met de rode kaart vertrekken. De penalty werd verzilverd en ADO verloor alsnog, 1-2.
Vreven was niet beroerd het boetekleed aan te trekken, maar wees ondertussen terecht naar de instelling, waarop nooit iets aan te merken is geweest. Niet voor niets draagt de Belgische routinier in de Residentie de aanvoerdersband. Die verschaft hem verantwoordelijkheid. „Ik heb de eerste weken een en ander aangekeken, maar het lijkt mij wel dat ik nu eens iets mag zeggen. Wanhopen doen we niet, maar dit is wel een dieptepunt. Waar ik me aan vasthoud? Nou, er komen nog zo veel wedstrijden aan. Maar dat er iets moet gebeuren, mag duidelijk zijn.”