support Casper
 
COMPETITIESTAND
      w g v p
1 WII 35 22 8 5 74
2 RJC 35 20 11 4 71
3 GRO 35 21 7 7 70
4 DOR 35 18 12 5 66
5 ADO 35 16 11 8 59
6 GRA 35 18 5 12 59
7 JAZ 35 15 7 13 52
8 NAC 35 14 9 12 51
9 MVV 35 14 8 13 50
10 EMM 35 14 6 15 48
11 HEL 35 13 8 14 47
12 CAM 35 13 6 16 45
13 VVV 35 12 9 14 45
14 JAJ 35 10 9 16 39
15 EIN 35 8 15 12 39
16 JPS 35 9 7 19 34
17 TEL 35 9 6 20 33
18 TOP 35 10 2 23 32
19 DBO 35 7 9 19 30
20 JUT 35 5 9 21 24
Prediction League
predictionleague
Bron van dit artikel
Sport in beeld

Datum plaatsing: 30-03-1943 13:14:00

WIM TAP: Onze beproefde internationale speler


* Sterren aan ons voetbalfirmament *


Wim Tap, die met 33 internationale wedstrijden thans als no. 7 aan de beurt is in onze rij van artikelen over onze intenationale voetbalsterren, mag stellig de Nederlandsche Elftal Commissie dankbaar zijn voor de welwillendheid, tegenover hem in het begin van zijn loopbaan als internationaal betoond.


Zijn debuut als internationaal was matig. Het eenige goede was misschien, dat hij in die eerste wedstrijden telkens wist te doelpunten, wat natuurlijk een nuttige eigenschap is. Mogelijk, dat men juist daarom de proef met hem doorzette, zooals men trouwens ook met Van Kol heeft gedaan, wiens eerste wedstrijden evenmin veelbelovend waren. Na 3 wedstrijden had Tap reeds op alle plaatsen in het midden van den aanval gespeeld, doch op geen van die drie plaatsen was hij een volledig succes.

Tap speelde bij A.D.O. -in de 'tweede klas- oorspronkelijk linksbuiten, op welke plaats hij voortreffelijk werk deed. Hij werd dan ook als zoodanig van Haagsche zijde sterk aanbevolen voor die plaats in onze nationale ploeg. Merkwaardig is het echter, dat hij in ons vertegenwoordigend elftal slechts tweemaal linksbuiten heeft gespeeld en dat was nog slechts door een toeval! In den wedstrijd tegen de Zwitsers in 1929 moest n.1. van Nellen door een ongeval reeds na enkele minuten van verder spelen afzien. Bijna schreef ik „het tradioneele ongeval", het is n.1. merkwaardig, zoo dikwijls juist tegen Zwitserland, een speler vervangen moest worden. Uit het hoofd noem ik: Wout Buitenweg, van Nellen, Mommers, Boelie Kessler en Van der Meulen! Smeets kwam als invaller in net veld, voor wien men een omzetting deed, waardoor Tap linksbuiten kwam te spelen. Hij deed dat zóó voortreffelijk, dat men hem ook in den volgenden wedstrijd op die plaats handhaafde. Vooral in het nemen van hoekschoppen was hij een virtuoos. Kort daarna kwam hij echter op de middenvoorplaats, die hij 17 maal heeft bezet.

— o —

Tap heeft het in het binnentrio overigens niet gemakkelijk gehad, daar men in zijn tijd geen binnenspelers van werkelijk internationale klasse bezat. Met spelers als Bakhuys, Vente of Kick Smit, zou Tap stellig tot grooter dingen in staat geweest zijn. Nu nam men voortdurend proefnemingen, zonder dat men tot een vaste samenstelling kwam. In z'n 33 internationale wedstrijden had men telkens een andere opstelling van het binnentrio, waarin hij met niet minder dan 23 verschillende spelers heeft moeten samenwerken. Dat kwam natuurlijk niet aan zijn spel ten goede! Het pleit voor zijn aanpassingsvermogen, dat hij toch steeds zóó speelde, dat men hem een plaats in het elftal bleef waardig keuren. Als middenvoor was hij geen spelverdeeler, doch meer een afwerker van den aanval. Hij was doortastend, snel, stevig en geestdriftig, allemaal eigenschappen, die in het binnentrio van groot nut zijn. Daarbij beschikte hij over een gevaarlijk schot met den linkervoet, dat heel wat doelpunten heeft opgeleverd, waardoor hij eigenlijk op elke plaats in het binnentrio te gebruiken was.

De welwillendheid van de Keuze Commissie om hem na het minder gelukkige begin toch te handhaven, heeft hij dan ook ruimschoots beloond door heel wat doelpunten te maken. Een eigenaardigheid is het, dat hij eenmaal met zijn broer samen in den aanval speelde. Wim speelde toen linksbinnen en Gerard rechts. Dat was in een wedstrijd tegen de Italianen te Milaan, die met 3-2 werd verloren. Ondanks deze nederlaag was het een prachtige wedstrijd voor onze ploeg, waarin vooral onze doelman Leo Halle, zich buitengewoon heeft geweerd. Wim Tap maakte oeide doelpunten.

Twee broers in onze voorhoede is, voor zoover ik mij herinner, nog slechts eenmaal voorgekomen. De gebroeders Mannus en Jacques Prancken speelden n.l. samen in een wedstrijd tegen België in 1914. Tonny en Dé Kessler hebben ook eenmaal in hetzelfde elftal gespeeld, doch toen speelde Tonny in de middellinie en Dé in den aanval.

Wim Tap debuteerde in onze nationale ploeg op 25 October 1925; hij speelde voor de laatste maal op 3 Mei 1931, zoodat hij zes seizoenen een vaste plaats in het elftal heeft gehad. De wedstrijd, waarin hij debuteerde, was toevallig de eerste internationale wedstrijd, gespeeld onder den nieuwen  -thans dus al weer ouden!- buitenspelregel, waarvan men verwachtte, dat hij het maken van doelpunten gemakkelijker zou maken. De wedstrijd, tegen de Denen te Amsterdam, werd door de onzen met 4-2 gewonnen, zoodat er dus nog al wat doelpunten kwamen. De W-formatie en de stopperspil hebben echter spoedig aan die groote productiviteit een einde gemaakt.

In die periode van 6 jaar was Tap slechts 3 maal niet van de partij. Tweemaal kwam dat door een ongeval en de derde maal -in den wedstrijd tegen Uruguay bij de Olympische voetbalwedstrijden te Amsterdam- heeft men hem vervangen door Wout Buitenweg, die reeds in 1913 voor onze nationale ploeg had gedebuteerd en in 1928 als middenvoor van Hercules, prachtig werk deed. Het werd, zooals men wel eenigszins had kunnen verwachten, een teleurstelling. Nederland verloor met 2-0 en zou met een normaal spelenden Tap op de middenvoorplaats, zeker niet kansloos geweest zijn.

Van Tap kan nlen niet zeggen, dat hij een groote periode van ons internationaal voetbal heeft meegemaakt, immers van de 33 wedstrijden, waarin hij onze kleuren heeft gedragen, heeft Nederland er slechts 10 gewonnen. Er werden er 10 gelijk gespeeld, 13 wedstrijden gingen verloren. Het doelgemiddelde was in totaal 67-73.

Indien Bakhuys in 1929 niet naar Indië was vertrokken, zouden die cijfers er waarschijnlijk heel wat beter uitgezien hebben, al sla ik het spel van Kick Smit als linksbinnen stellig hooger aan dan dat van Tap. Maar de vergelijking is niet billijk, daar in den tijd van Tap de zwervende binnenspeler -welke rol Kick Smit zoo prachtig lag!- nog niet was uitgevonden. Toch is Wim Tap een populair en verdienstelijk speler geweest, die ook technisch vaak voortreffelijk werk deed. Het tegenwoordig succes van A.D.O., dat geheel onder zijn leiding staat, is voor een zeer groot deel aan hem te danken. Zoo plukt thans A.D.O. de vruchten van Tap's ervaringen, als internationaal opgedaan.

—o—-

Wim Tap speelde tegen Denemarken, België, Zwitserland, Duitschland, Tsjecho Slowakije, Zweden, Chili, Egypte, Italië, Noorwegen en Hongarije. Hij maakte met onze ploeg prachtige voetbaluitstapjes, zoodat hij aan zijn loopbaan als internationaal stellig prettige herinneringen zal hebben.