support Casper
 
COMPETITIESTAND
      w g v p
1 WII 31 20 6 5 66
2 RJC 31 17 10 4 61
3 GRO 30 17 6 7 57
4 ADO 31 15 10 6 55
5 DOR 31 14 12 5 54
6 GRA 31 16 4 11 52
7 NAC 31 14 7 10 49
8 JAZ 31 13 7 11 46
9 EMM 30 12 6 12 42
10 CAM 31 12 6 13 42
11 VVV 31 11 9 11 42
12 HEL 31 11 8 12 41
13 MVV 31 11 7 13 40
14 EIN 31 8 14 9 38
15 JAJ 31 9 9 13 36
16 TOP 31 9 2 20 29
17 JPS 31 7 7 17 28
18 TEL 31 7 6 18 27
19 DBO 31 5 8 18 23
20 JUT 31 5 8 18 23
Prediction League
predictionleague
Bron van dit artikel
AD Haagsche Courant

Datum plaatsing: 10-09-2018 13:08:00

De homo's van ADO horen er helemaal bij


Op het veld zie je ze niet. Zelf maken ze zich in elk geval niet als zodanig bekend, in het betaalde voetbal.Maar op de tribune bij ADO Den Haag vormen homo’s inmiddels een goed zichtbare en ook hoorbare minderheid.


,,In het begin dacht iedereen: wat een gekkies. Maar nu, vijf jaar later, zijn we helemaal opgenomen in de ADO-familie.’’

 

Door Albert Kok

‘Nee”, stelt Maron Pots (62) de verslaggever bij binnenkomst van het onderkomen van COC Haaglanden gerust, ,,we gaan niet naar de kelder. Maak je geen zorgen.’’ Roxanne Daubigny (37) en Joyce van Delden (49) schieten in de lach. Waarmee meteen de toon is gezet voor het gesprek van het komende uur, verduidelijkt Pots: ,,Humor is ons belangrijkste ­wapen.’’

 

Op het eerste gezicht hebben ze weinig met ­elkaar gemeen. Maron is een oudere ADO-supporter van het eerste uur. En al homo sinds mensenheugenis. Roxanne had ooit een relatie met een man, totdat ze verliefd werd op een vrouw. En Joyce vindt vrouwen wel leuk, maar valt uiteindelijk toch altijd weer op mannen. Maar... ze zijn wel alle drie anders dan de meeste anderen. Ze maken zich alle drie strijdbaar als het om de accep­tatie van homo’s gaat. En ze zijn alle drie supporters van ADO Den Haag.

Roxanne neemt het voortouw. Zij was het dan ook die vijf jaar geleden een van de oprichters was van de Roze Règâhs, een gezelschap dat bestaat uit vertegenwoordigers uit de hoek van de lhbt (lesbisch, homo, biseksueel, transgender) . Die roze reigers vormden destijds - en nu nog steeds trouwens - de enige supportersvereniging binnen het betaalde voetbal in Nederland van die bonte pluimage. ,,Ik was altijd al gek op sport. Van autoraces tot worstelen. En voetbal. Sinds ik in Den Haag woon, heb ik een zwak voor ADO. Iedereen vond dat maar raar. Als vrouw moest ik me bijna verontschuldigen. Tot ik een vriendin kreeg. Toen werd ik in een ander hokje geplaatst en kon het ineens wel weer dat ik van voetbal hield.’’

In Maron vond ze al snel een medestander. Het clubje werd een club en al snel vormden ze op de tribune bij de thuiswedstrijden van hun favoriete club een goed zichtbare en hoorbare minderheid. Hoe de overige fans in het stadion op hun groen-gele sjaals met roze uiteinden reageerden? Roxanne reageert in eerste instantie zuinig op die vraag. Ze wil het wel graag een beetje gezellig houden, de aanleiding is immers een feestelijk jubileum en er is veel veranderd inmiddels. Ten goede wel te verstaan. Aarzelend: ,,Maar er werd in het begin niet zo positief op ons gereageerd. We voelden ons wel eens een beetje bedreigd.’’

 

Onbemind
Maron had eigenlijk niet anders verwacht: ,,Onbekend maakt nu eenmaal onbemind. Zeker als we met roze banners in de buurt van de harde kern ­zaten, wekte dat wrevel bij vooral de jongste jongens. Dan trokken ze bijvoorbeeld onze vlaggen van het hek. Toch moet je dat niet al te persoonlijk nemen. Alle nieuwkomers moeten zich op de tribune bewijzen. Alleen wij nog een beetje extra. Maar ik moet zeggen: daar zaten ze bij ADO bovenop. Iedereen moet zich bij de club veilig kunnen voelen - dat is het beleid. Dus werden die jonge gasten al heel snel bij het bestuur op het matje geroepen.’’

En vervolgens deden de Roze Règâhs iets waaraan menige PR-afdeling in het bedrijfsleven nog een puntje kan zuigen: ze verhinderden dat de grootste raddraaiers een stadionverbod kregen opgelegd. Maron: ,,Daarmee dwongen we respect af.’’

Ze hadden het zichzelf makkelijk kunnen maken. Door bijvoorbeeld bij het bestuur aan te dringen op een aparte plek of zelfs een afgeschermde positie op de tribune. Maar dat was nou juist niet de bedoeling. Maron: ,,Daar vinden we geen flikker aan.’’

 

Als de oudste van de drie Roze Règâhs die nu bij COC Haaglanden om de tafel zitten, stamt Maron nog uit de tijd dat het met de acceptatie van homo’s en anderen uit de lhbt-gemeenschap alleen maar steeds beter leek te gaan. ,,Ik kom uit de Schilderswijk. Daar kon ik in de jaren 80 en 90 gewoon openlijk als homo met mijn vriend over straat. Voelde me serieus nooit ongemakkelijk of bedreigd. Je had er de eerste generaties Turken en Marokkanen, maar daar hadden we geen last van. Pas later, toen die groep groter werd, veranderde de sfeer op straat. Zij hoefden zich niet meer aan te passen aan onze waarden en normen. Gingen zich weer meer oosters kleden en gedragen. En voelde ik hoe de tolerantie ten opzichte van mensen met een andere geaardheid afnam. En kon je van alles naar je hoofd krijgen als je het waagde om met je vriend hand-in-hand over straat te gaan. We gaan met z’n allen weer steeds meer terug de kast in, als we niet oppassen.’’