support Casper
 
COMPETITIESTAND
      w g v p
1 WII 31 20 6 5 66
2 RJC 31 17 10 4 61
3 GRO 30 17 6 7 57
4 ADO 31 15 10 6 55
5 DOR 31 14 12 5 54
6 GRA 31 16 4 11 52
7 NAC 31 14 7 10 49
8 JAZ 31 13 7 11 46
9 EMM 30 12 6 12 42
10 CAM 31 12 6 13 42
11 VVV 31 11 9 11 42
12 HEL 31 11 8 12 41
13 MVV 31 11 7 13 40
14 EIN 31 8 14 9 38
15 JAJ 31 9 9 13 36
16 TOP 31 9 2 20 29
17 JPS 31 7 7 17 28
18 TEL 31 7 6 18 27
19 DBO 31 5 8 18 23
20 JUT 31 5 8 18 23
Prediction League
predictionleague
Bron van dit artikel
De Oud Hagenaar

Datum plaatsing: 25-07-2014 11:30:00

Onvergetelijke jaren tussen de doelpalen


Interview met de legendarische doelman van ADO: de 90-jarige Frans Kok


Door F.J.A.M. van der Helm



De uit de Van Ostadestraat afkomstige Frans Kok is ADO niet vergeten. En zijn hart ligt nog immer bij deze oer Haagse club, waarbij hij met zoveel enthousiasme heeft gevoetbald. In een riante kamer van een verzorgingsflat nabij de Loosduinsekade sprak ik met de legendarische oud ADO-doelman.


Bij Frans Kok draait zijn hele leven om sport, zo was dat in zijn jeugd en zo is dat ook in de herfst van zijn leven. "Wat heerlijk om op tv alle wedstrijden te kunnen volgen", vertelt hij kordaat in een spraak die zijn Haagse afkomst niet verloochent. "Met zo'n kastje erbij kun je alle voetbalwedstrijden ontvangen", informeert hij met met een glimlach en een krachtige stem alsof hij me een abonnement probeert aan te smeren.



Nog geen profs
Als kind was er eigenlijk maar één club waarmee Frans is opgroeid. Niet zo verwonderlijk dat het ADO (Alles Door Oefening) was dat zijn honk had in het prachtige Zuiderpark, vlakbij de straat waar de oud-doelman zijn jeugd doorbracht. Als jochie van 9 jaar ging hij daar al op voetbal. Bijna vanzelfsprekend, van scouten was in die tijd nog geen sprake.

Het ging er allemaal veel ongedwongener aan toe, hoewel het fanatieke bij de spelers er niet minder om was. De ouders zagen voetbal als een leuke sport voor hun kinderen; niemand had nog van beroepsvoetbal gehoord toen Kok in 1933 zijn eerste schreden zette op de grasmat van het ADO-terrein. Zelf had hij er zin in. Al spoedig zou blijken, dat hij meer talent had om in het doel te staan dan actief speler te zijn. Frans Kok zou het als doelman ver schoppen en zelfs opgemerkt worden door Kees van Kooten (1941), die hem 'mijn jeugdheld' noemde. Vleiend en sportief, zulke taal van de ene Hagenaar 'pur sang' over de andere.



Oom van Aad Mansveld
Als zoon van een drogist maakte Kok het helemaal Als doelman zag hij tijdens, maar vooral ná de oorlog zijn ster rijzen. Tijdens trainingen werd hij apart onder handen genomen om zich als keeper verder te bekwamen.
Van zijn jeugdperiode weet Kok zich niet veel meer te herinneren. Dat is jammer, want die beginperiode zou menigeen best interesseren. Hoe is het de straatvoetballer vergaan, voordat hij in ADO 1 keepte? In ieder geval mogen we aannemen dat hij enig talent in de genen had, daar later zijn neef Aad Mansveld (1944-1991) ook voor ADO voetbalde. Sterker nog de laatste is in 1964 naar ADO gekomen op aandringen van Frans Kok, die als ouddoelman en -bestuurslid nog wat in de melk te brokkelen had.



Ambachtsschool
Frans Kok doorliep de ambachtsschool. Het was een zware taak om tegelijkertijd te trainen, te voetballen en te leren. Het is niet zo verwonderlijk, dat het laatste er een beetje bij inschoot. De voetballerij kwam op de eerste plaats, ook al was van betaald vetbal nog geen sprake en moest er naarstig gezocht worden naar een baantje. In de oorlogsjaren zat hij grotendeels bij de PTT, waardoor zijn voetbalcarriere geen gevaar liep. Trainers uit zijn tijd waren onder andere: oud ADO-speler Ben Tap (1946-1952), Gerrit van Wije (1953-1954), Franz Gutkas (1954-1955) en Rinus Loof (1955-1962).

Vooral de laatste wordt door hem geroemd, al was het maar, omdat hij een oudspeler was van ADO 1. Een trainer die zich helemaal gaf om ADO een club van naam te maken.



364x in het doel
In 1942 kwam zijn doorbraak. Dat jaar mag hij negen keer doelman van ADO zijn; in totaal zou hij uiteindelijk tot zijn laatste wedstrijd in 1959, 364 keer in het doel staan in competitie-, oefen- en bekerwedstrijden. Frans was niet voor één gat te vangen en was altijd paraat om mee te spelen. Dat klinkt logisch, maar was in een tijd dat de voetballerij nog geen betaald voetbal was niet zo vanzelfsprekend. Pas vanaf 1954 werden de voetballers betaald, maar het salaris was zo laag dat er beter van 'semi-profs' kon worden gesproken. Een ieder had een bijbaantje nodig. Frans Kok was verkeersagent geworden en kon op deze manier - gesteund door de gemeente - de nodige tijd vrijmaken voor ADO.

De linksbuiten Lex Rijnvis, die in 1952 in de competitie speelde, kan hij zich nog goed herinneren vanwege zijn uitmuntende voorzetten, waaruit goed gescoord kon worden. Ook aanvaller The Timmermans en de lange Henk Jans passeren de revue. Mick Clavan was een sterke voorhoedespeler die de bal goed kon aangeven en een prima teamgeest had. Kok gaat nog even door met het opnoemen van zijn teamgenoten. De techniek van aanvaller Carol Schuurman wordt geroemd en hij ziet Karel Jansen nog voor zich als links-half verdediger. Rechtshalf stond Jantje van Beek, ook zo'n kei! Verdediger Huub Scherpenisse, rechtsback George van Rosmalen, het zijn allemaal namen die Kok herinneren aan de mooiste dingen van zijn leven. O ja, Joop Eversteijn, die linkshalf, zou hij bijna vergeten. Vorig jaar overleden. Het elftal uit zijn tijd sterft uit. "George en ik zijn de laatste twee ADO-spelers", moet hij keihard en met enige emotie concluderen. "Het is niet anders."



'Je moet de bal spelen'

De spelers werden bij uitwedstrijden altijd correct ontvangen. De sportiviteit stond hoog in het vaandel. Kwaliteit en respect gingen hand in hand met elkaar. Ruw spel zoals dat nu vaak te zien is, maakt Frans alleen maar boos. "Je moet op de bal spelen en niet tegen elkaars poten schoppen! "Supporters gingen in grote getale mee naar uitwedstrijden, eigenlijk is daarin niets veranderd. Oké de spreekkoren waren van andere toon, maar ze waren altijd zeer bemoedigend. ADO kan trots zijn op zijn supporters ook al zitten er wat raddraaiers bij, maar die vind je overal.



Tijd voor ADO-museum
Op de valreep weet doelman Kok nog te melden dat het huidige bestuur eens wat meer oog moet hebben voor het verleden. In het Kyocera-stadion is niet te vinden over de geschiedenis. Het wordt zo langzamerhand toch wel eens tijd voor een museumpje, waarin de oudspelers zich ook weten terug te vinden. "Respect, meneer, dat mis je als je ouder wordt en dat is juist onlosmakelijk verbonden met sportiviteit en voetbal!"