COMPETITIESTAND

			w	g	v	p
1	WII	34	22	7	5	73
2	RJC	34	20	10	4	70
3	GRO	34	20	7	7	67
4	DOR	34	17	12	5	63
5	ADO	34	16	10	8	58
6	GRA	34	18	4	12	58
7	NAC	34	14	8	12	50
8	MVV	34	14	7	13	49
9	JAZ	34	14	7	13	49
10	CAM	34	13	6	15	45
11	VVV	34	12	9	13	45
12	EMM	34	13	6	15	45
13	HEL	34	12	8	14	44
14	JAJ	34	10	9	15	39
15	EIN	34	8	14	12	38
16	TEL	34	9	6	19	33
17	TOP	34	10	2	22	32
18	JPS	34	8	7	19	31
19	DBO	34	7	8	19	29
20	JUT	34	5	9	20	24

Prediction League

Bron van dit artikel

Datum plaatsing: 04-05-2003 23:10:00

De Zuiveringscommisie stelt orde op zaken

Piet en Joop Eversteijn waren twee bepalende gezichten van het ADO-elftal, dat in de oorlogstijd twee keer landskampioen werd. Volgens eerstgenoemde is het geen toeval dat de Hagenaars uitgerekend in die periode zoveel succes boekten.

"Dat manifesteerde zich al voor de oorlog bij de junioren", verzekert Piet Eversteijn ruim een halve eeuw na dato.

Eind jaren dertig glorieerde de jeugdafdeling van ADO. Den Haag was een heuse voetbalstad, dat nogal wat pril talent voortbracht. "We hadden allemaal eigen teelt", vertelt Eversteijn. "En niet elf spelers, maar veel meer." Het ontluikende talent luidde de hoogtijdagen van ADO in. "Iedere week zaten er dertienduizend toeschouwers in het Zuiderpark", verduidelijkt Eversteijn. Zoals zoveel clubs ondervond ook ADO hinder van de bezetter. "In het begin van de oorlog waren de Duitsers nog niet zo fel als later", stelt Eversteijn. Hij doelt daarmee op de razzia's. "Die hebben we ook gehad. Ik kan me nog de wedstrijd tegen De Volewijckers herinneren. Het zat vol met de groene polizei. We moesten in de rust langer wachten voor we het veld opkonden. Natuurlijk was iedereen bij ons bang."

De angst regeerde in de oorlog. Ook bij de voetballers. Volgens Eversteijn is het vrij logisch dat mensen in tijden van bezetting egoïstischer leven en denken dan normaal. Om aan eten te komen, of simpelweg om te overleven. Maar heulen met de vijand, dat deed je volgens hem niet. Hooguit om op die manier een joodse onderduiker beter te kunnen beschermen.

Bij ADO liepen er desondanks NSB'ers rond, vertelt Eversteijn. Daardoor heeft de Haagse club lang het stempel van NSB-club gehad. "Ik weet van drie mensen bij de club die lid waren van de NSB. Dat één van hen in het eerste speelde, kon de partijbonzen van de NSB, zo gelooft Eversteijn, wel bekoren. "Dat was een soort reclame voor hen. Maar het was niet ouwejongens, krentenbrood hoor. Zo'n knaap was hij niet. Hij liep er niet mee te koop."

Zie ook de ander artikelen:

De Zuiveringscommisie stelt orde op zaken

Piet en Joop Eversteijn waren twee bepalende gezichten van het ADO-elftal, dat in de oorlogstijd twee keer landskampioen werd. Volgens eerstgenoemde is het geen toeval dat de Hagenaars uitgerekend in die periode zoveel succes boekten.

EEN BESCHULDIGING DIE 'NERGENS NAAR LIJKT"

HET SYMPATHISERENDE NSB-LID: EEN LICHT GEVAL

GERRIT VREKEN: ONBEGREPEN EN GEBRANDMERKT

Prima reclame voor de NSB-partijbonzen