support Casper
 
COMPETITIESTAND
      w g v p
1 WII 31 20 6 5 66
2 RJC 31 17 10 4 61
3 GRO 30 17 6 7 57
4 ADO 31 15 10 6 55
5 DOR 31 14 12 5 54
6 GRA 31 16 4 11 52
7 NAC 31 14 7 10 49
8 JAZ 31 13 7 11 46
9 EMM 30 12 6 12 42
10 CAM 31 12 6 13 42
11 VVV 31 11 9 11 42
12 HEL 31 11 8 12 41
13 MVV 31 11 7 13 40
14 EIN 31 8 14 9 38
15 JAJ 31 9 9 13 36
16 TOP 31 9 2 20 29
17 JPS 31 7 7 17 28
18 TEL 31 7 6 18 27
19 DBO 31 5 8 18 23
20 JUT 31 5 8 18 23
Prediction League
predictionleague
Bron van dit artikel
 ADOfans.nl

Datum plaatsing: 01-03-1987 18:50:00

De slag om het Zuiderpark



Andere Tijden 12 november 2002

 

Inleiding

De slag om het Zuiderpark

Ruim vijfentwintig jaar na de oprichting van de F-side van voetbalclub Ajax verschijnt 15 november F-side is niet makkelijk. Het boek is geschreven door en over de harde kern van de Ajax-supporters. Over clubliefde, heldendaden en de opkomst van het voetbalvandalisme. Andere Tijden gaat terug naar 1 maart 1987 en haalt herinneringen op aan de wedstrijd FC Den Haag – Ajax in het Haagse Zuiderpark. Wat een mooie wedstrijddag had moeten worden, mondde uit in een drama. Opgefokte supporters op de tribunes en het ingrijpen van de Mobiele Eenheid leidde tot één van de dieptepunten in de Nederlandse voetbalgeschiedenis. Het resultaat was bijna dertig gewonden en het besef dat een serieuze aanpak van het voetbalvandalisme ook in Nederland onvermijdelijk was.

 

Voor aanvang van de wedstrijd

Een oorlogssfeer

‘We gaan op Jodenjacht’, zingt de FC Den Haag aanhang. In vak Midden-Noord van het Haagse Zuiderpark-stadion staan de meest fanatieke supporters van de Haagse voetbalclub, gehuld in de clubkleuren geel en groen, te wachten tot de wedstrijd gaat beginnen. Ze hebben er zin in, zo lijkt het. Een klein jaar eerder, op 27 augustus 1986, was in Amsterdam de stemming tussen de Haagse aanhang en de Amsterdamse supporters ook al grimmig geweest. Het is tijd voor revanche.

Zo’n achthonderd Ajax supporters hebben zich eerder op de dag op het Centraal Station van Amsterdam verzameld; het rood en wit van Ajax is goed zichtbaar. Een deel van de groep is opgefokt en aangeschoten. Door de combinatie van alcohol en een pil met de bijnaam ‘Rooie Knol’ (Rohypnol) lijken sommige supporters veranderd in ontembare beesten. Toch verloopt de treinreis naar Den Haag zonder problemen. Tot verrassing van de Ajax-supporters eindigt de reis op het Centraal Station van Den Haag; de Haagse politie hoopt hiermee de FC Den Haag supporters te misleiden, die de F-siders op station Holland Spoor opwachten. De Ajacieden worden naar stadsbussen geleid en de politie reikt hun in de bus een handgeschreven pamflet uit waarin staat: ‘Onderweg zullen jullie veel politie en ME zien… dat is in de eerste plaats voor jullie eigen veiligheid… Van jullie kant verwachten we dat jullie op sportieve wijze aan deze dag zullen deelnemen… Dus geen vernielingen, vechtpartijen en discriminerende teksten… Prettige dag.’

De politie van Den Haag heeft 245 man op de been gebracht om te zorgen voor een rustige verloop van de wedstrijd. Hiervoor moesten wel drie bureaus gesloten worden.

 

Eenmaal bij het Zuiderpark worden de Ajacieden gefouilleerd en kunnen ze, aangekomen in het supportersvak voor de bezoekende ploeg (achter het doel), hun vlaggen ophangen aan de hekken. Op het veld ontploffen vuurwerk en rookbommen. De sfeer wordt weer grimmig. Den Haag-supporter Dennis Verrips: ‘Het was een beetje een oorlogssfeertje. Hoop lawaai, vuurwerk, vlaggen, de tribunes zaten helemaal vol.’

De algemeen directeur van Ajax Arie van Eijden herinnert zich: ‘Wij kwamen daar aan en de wedstrijd was in de aanloop al behoorlijk beladen. Zo zijn wij bijvoorbeeld niet in Ajax-kostuums gegaan. Er hing een enorme spanning in het stadion, dat weet ik nog goed.’

In het stadion zijn ongeveer 22.000 voetbalfans aanwezig. Vlak voor de aftrap klimmen drie FC Den Haag supporters, één met een groene pruik op, over de hekken en rennen naar de Oostzijde, waar de Ajax-fans bijeen staan. Onder luid gejuich van de Haagse aanhang beginnen deze jongens aan de vlaggen van Ajax te trekken. De F-side is woedend. Losgeslagen, boze Ajacieden klimmen in de hekken en proberen de ‘verovering’ te voorkomen. Dat mislukt en de Hagenaars rennen weg met hun buit en steken de Ajax-vlaggen in brand. De Ajacieden zijn niet meer te houden. Een kraam met drank moet het ontgelden; een hek wordt door de Ajacieden opengemaakt en de kraam wordt geplunderd. Het geld verdwijnt in de zakken van de plunderaars en de colaflessen, kratten, worsten, bekers en andere spullen worden buitgemaakt en het veld opgesmeten. De Ajax-fans hangen aan de hekken en proberen betonblokken kapot te maken.

De sfeer is bijzonder dreigend en er is nog geen bal getrapt. De beide voetbalteams verschijnen even op het veld maar al gauw besluit scheidsrechter Van Ettekoven dat de spelers terug moeten naar de kleedkamer. Hij laat de wedstrijd nog niet van start gaan. Van Ettekoven loopt naar het Ajax-vak en roept dat de wedstrijd zo niet kan beginnen. Ook Ajax-trainer Johan Cruijff spreekt de Ajacieden toe en vraagt of ze kunnen ophouden met gooien.

Tien minuten later besluit scheidsrechter Van Ettekoven dat de wedstrijd alsnog kan beginnen.

 

Tijdens de wedstrijd

Alle ingrediënten voor een mooie voetbalmiddag in het Haagse Zuiderpark leken vooraf aanwezig. Het fanatieke FC Den Haag van Martin Jol en Heini Otto tegen het Ajax van trainer Johan Cruijff en de jonge Dennis Bergkamp. Scheidsrechter Van Ettekoven herinnert zich nu dat hij het wel een leuke en sportieve wedstrijd vond. John Bosman scoorde twee keer voor Ajax en in het veld viel geen wanklank. Alleen FC Den Haag keeper René Stam had het zwaar; hij had de pech dat hij de eerste helft precies voor het Ajax-vak stond. ‘Ik kreeg van alles naar mijn hoofd en voelde me niet veilig, weet ik nog.’

Uit zijn ooghoeken ziet Van Ettekoven wel dat het op de tribunes verre van rustig is. De gehele tribune van Midden-Noord zingt: ‘We gaan op jodenjacht’, en de Haagse supporters proberen richting vak Oostzijde te gaan. De ME, die zich tussen de twee vakken heeft opgesteld in het zogenaamd ‘buffervak’, wordt van twee kanten bestookt. Toenmalig ME-commandant H. van den Berge vertelt welke afwegingen hij heeft gemaakt. ‘We konden niets doen en blijven zitten. Maar dan kregen we van alles naar ons hoofd, dus dat was geen optie. We konden weggaan en dan zouden de supporters het maar uit moeten zoeken of we konden optreden.’

Intussen heeft scheidsrechter Van Ettekoven gefloten voor de rust en verdwijnen de spelers in de catacomben. De ME besluit een charge uit te voeren op vak Midden-Noord.

Van den Berge: ‘Toen ik had gehoord dat de hekken aan de achterkant waren opengezet, besloten we in een linie het vak in te gaan.’ Onder de Hagenaars ontstaat paniek. De ME drijft de jongens op en er vallen rake klappen. Verschillende fans vallen over elkaar heen en diverse supporters worden onder de voet gelopen. Het tafereel doet denken aan het Belgische Heizeldrama van twee jaar eerder. Voor aanvang van de Europa Cup 1 finale tussen Liverpool en Juventus hadden Engelse hooligans een vak dat gevuld was met Italiaanse vaders, moeders en kinderen bestormd. Velen waren bekneld geraakt en er waren 39 doden te betreuren.

De strijd in Den Haag lijkt zich van het vak Midden-Noord te verplaatsen naar de eretribune en de Ajax-aanhang maakt zich op voor een confrontatie met de Hagenaars. Maar de eerste groep F-siders die slaags raakt op de eretribune trekt zich terug. Het is een onduidelijke situatie. Inmiddels heeft scheidsrechter Van Ettekoven laten omroepen dat de wedstrijd gestaakt wordt, omdat de politie de veiligheid van de aanwezigen niet meer kan garanderen.

De Haagse politie laat vervolgens twintig bussen voorrijden en de Ajacieden krijgen een vrijgeleide. De politie arresteert achttien supporters onder wie vier Amsterdammers.

FC Den Haag krijgt als organiserende vereniging een boete van 10.000 gulden opgelegd en moet één wedstrijd zonder publiek spelen. Ajax komt er vanaf met een voorwaardelijke straf van één wedstrijd zonder publiek.

 

Beginjaren van de F-side

‘De trouwste fans’

De wedstrijd van 1 maart 1987 was tot dan toe het dieptepunt in de Nederlandse voetbalgeschiedenis. De rellen en confrontaties tussen de verschillende supportersgroepen van voornamelijk de clubs uit de grote steden waren wel toegenomen, maar zo erg was het in Nederland nog niet geweest. De harde kernen van de supporters bleken steeds meer geweld te gaan gebruiken. Dat was tot dan toe absoluut niet het geval.

Halverwege de jaren zeventig kwam de harde kern supporters van FC Utrecht met een naam voor hun groep. Bunnikzijde, noemden ze zichzelf. Feyenoord had nog geen symbool en ook de Ajacieden hadden nog niet echt een naam bedacht. Toen twee Ajacieden voor de Cupfinale in Engeland waren, werden ze op een idee gebracht. Ze zagen op muren ‘PQR-side’ staan en vonden vooral het woord ‘side’ wel goed klinken. Beter dan vak F bijvoorbeeld; het vak waar ze in het oude Ajax-stadion De Meer altijd bijeen stonden. Op 3 oktober 1976 stelde supporter Bennie aan zijn maten voor voortaan als F-side door het leven te gaan. Met enthousiasme werd zijn voorstel aanvaard en vanaf dat moment klonk het: ‘Wij zijn de F-side.’ Symbool van macht, kracht en provocatie, zo zeggen ze zelf. Naar voorbeeld van de Engelse hooligans.

De staantribunes achter de doelen hadden van oudsher al een grote aantrekkingskracht op supporters. In het vak F van Ajax verzamelden jong en oud zich en gezamenlijk zongen ze clubliederen. In de beginjaren was dat vooral ‘het Ajax-halleluja’: bijna meer muziek uit de toentertijd in de katholieke kerk populaire Beatmis, dan de harde liedjes en spreekkoren die nu door de stadions schallen. Begin jaren zeventig was de sfeer tussen de trouwe fans van andere clubs wel eens vijandig maar van structurele rivaliteit was toen nauwelijks sprake. Maar met een echte naam, eigen strijdliederen, spandoeken en een alternatief clubblad nam het groepsgevoel toe en verhardden de provocaties naar supporters van andere clubs.

Tijdens het Amsterdam 702 toernooi in 1977 wordt de aanhang van Liverpool bekogeld en moet de ME eraan te pas komen om de rust te herstellen. De pers schrijft uitvoerig over de rellen en uit politiek Den Haag klinken ook geluiden om te komen tot bestrijding van rellen en vernielingen. In Nederland monden wedstrijden tussen de clubs uit de grote steden Den Haag, Utrecht, Rotterdam en Amsterdam steeds vaker uit in massale vechtpartijen. Treinen moeten het vaak ontgelden en de NS besluit in 1978 dat het maar eens afgelopen moet zijn; vandalen kunnen een rode kaart krijgen en mogen dan niet meer verder reizen en gemaakte schade zal moeten worden betaald door de boosdoener. Ook besluit de NS steeds vaker supporters in een speciale trein te vervoeren om te voorkomen dat de overige treinreizigers worden lastig gevallen door de raddraaiers.

Het toenemend geweld tijdens en rond de wedstrijden zorgt ervoor dat onder andere de F-side steeds meer gezien wordt als een lastige, onhandelbare groep. Terwijl de F-siders toch de trouwste fans zijn.

 

Beleid en maatregelen

Op zoek naar de oplossing

Sinds het eind van de jaren zeventig is Nederland dus ‘besmet’ met het verschijnsel voetbalvandalisme. Naar voorbeeld van Engeland gaan de Hollandse hooligans zich steeds gewelddadiger gedragen rondom voetbalwedstrijden. Talloze personen en instanties hebben zich sinds de jaren zeventig gebogen over de problematiek en gesproken over de aanpak van dit voetbalvandalisme. Maar het komt niet erg van de grond. In 1985 wordt het Landelijk Overleg Voetbalvandalisme (LOV) geïnstalleerd dat moet zorgen voor meer overleg en samenwerking tussen alle partijen. In ieder geval zijn alle betrokken partijen het erover eens dat voetbalvandalisme niet als een afzonderlijk verschijnsel mag worden beschouwd maar als een maatschappelijk verschijnsel. Echte maatregelen lijken er nog niet te komen. Een discussie over het zogenoemde pasjessysteem is al in het najaar van 1986 begonnen.

Maar na de uit de hand gelopen wedstrijd van 1 maart 1987 in het Zuiderpark beseffen alle betrokken dat er iets moet gebeuren. Het LOV vindt dat de KNVB de landelijke clubs het pasjessysteem moet opleggen. Dat betekent dat iedereen die dan een wedstrijd in de eredivisie bezoekt, moet kunnen aantonen lid te zijn van de club. De KNVB is niet erg enthousiast en vindt dat de overheid financieel moet bijdragen om tot invoering van dit systeem te komen.

Ook de fans zijn uiteraard niet blij met dit plan. Tijdens wedstrijden hangen er dan ook vaak spandoeken in de stadions waar hun ongenoegen over het aangekondigde systeem duidelijk uit valt op te maken. De KNVB mag dan intussen wel een overeenkomst hebben, erg enthousiast is de bond niet; als één van de eersten geeft de bond toe dat het systeem niet waterdicht is. De clubkaart wordt wel ingevoerd maar een persoonsgebonden clubkaart is tot op de dag van vandaag nog altijd niet ingevoerd. Het is nog steeds mogelijk om als introducé of op de kaart van iemand anders een voetbalwedstrijd bij te wonen.

Ook het stadionverbod dat op een goed moment als maatregel tegen raddraaiers wordt ingevoerd, blijkt niet waterdicht te zijn. Dat heeft alles te maken met de complexiteit van de problemen. Allereerst zijn voetbal en de daarbij behorende problemen onderwerpen waar graag en veel over gepubliceerd wordt. Niets kan aan de aandacht ontsnappen. Daarbij komt dat zoveel partijen betrokken zijn bij het voetbal in Nederland. Om te beginnen bepaalt de KNVB wat er wel en niet is toegestaan in het stadion en op het veld. Daarnaast dragen de clubs zelf de verantwoordelijkheid voor de orde en veiligheid in het voetbalstadion. Buiten het stadion zorgen de burgemeester, politie en het openbaar ministerie voor het oplossen van problemen. Mochten supporters zich misdragen hebben, dan kan de KNVB in samenspraak met de clubs een stadionverbod opleggen. De uitvoering hiervan is alleen niet zo eenvoudig.

Je zou zeggen dat een clubkaart een goede manier zou zijn, maar dat systeem blijkt niet waterdicht. En om notoire raddraaiers te verplichten zich voorafgaand aan een wedstrijd te melden bij de politie kan ook niet zomaar. Dan moet er op zijn minst een gerechtelijke uitspraak liggen. En als de rechter bepaalt dat iemand het stadion niet in mag dan moet de politie dat controleren. Nu heeft de rechterlijke macht in Nederland haar handen vol aan allerlei andere zaken en zit de politie ook niet te wachten op extra werk. Naast de KNVB, de besturen van voetbalclubs, de burgemeester, de rechterlijke macht en de politie, meent ook de landelijke overheid zich te moeten bemoeien met de gang van zaken rondom het voetbal en de openbare veiligheid in Nederland. Een status-quo waar weinig beweging in lijkt te zitten.

 

Heden

Carlo en cameratoezicht

Na de rellen in het Zuiderpark zijn er nog vele jaren hevige confrontaties geweest tussen verschillende supportersgroepen. De problemen waren dan wel onderkend maar daarmee niet zomaar verdwenen. Toch is het aantal grote ongeregeldheden, vooral ìn de stadions, de laatste jaren flink afgenomen. Dat heeft onder andere te maken met het feit dat zogenaamde stewards zich bemoeien met de gang van zaken in het stadion. De stewards zijn vaak afkomstig uit de eigen supportersgroep en kennen veel van de trouwe aanhangers. Ze hebben de verantwoordelijkheid gekregen de rust in het vak te bewaren waar zij zijn ingezet. Daarbij komt dat de besturen van verschillende voetbalclubs tegenwoordig praten met de harde kern van de supporters. Dat heeft veel opgewonden aanhangers enigszins tot bedaren gebracht. De Nederlandse overlegcultuur heeft hier zijn werk goed gedaan.

Ook zijn er veel veranderingen in en rond de stadions gekomen. Cameratoezicht is erg belangrijk geworden; alle bewegingen van supporters worden vastgelegd en als er problemen zijn kan aan de hand van de beelden worden bepaald wie moet worden aangesproken op zijn gedrag. Daarnaast zijn in de stadions de staanplaatsen verdwenen en liggen er geen stoeptegels meer voor het grijpen. Bovendien hebben verschillende clubs nieuwe stadions met een goed systeem voor het scheiden van supportersgroepen. Ook de hekken zijn verdwenen en vaak vervangen door geulen waar je niet zomaar overheen kunt springen. Er is dus wel degelijk het een en ander veranderd en de kans op een herhaling van de rellen zoals destijds in het Zuiderpark is klein.

In maart 1997 wordt Nederland desondanks geconfronteerd met een nieuw dieptepunt in de voetbalgeschiedenis. In een weiland vlakbij Beverwijk treffen Ajax en Feyenoord-fans elkaar. De gevechten kosten het leven van F-side-fan Carlo Picornie. De confrontaties tussen de clubs hebben zich verplaatst van binnen naar buiten het stadion. Gezagsdragers realiseren zich dat er wat moet gebeuren. Maar het is natuurlijk maar de vraag of je echt kunt voorkomen dat ergens zomaar de vlam weer in de pan slaat. De theorie van de deskundigen: het is en blijft een verschijnsel dat bij de maatschappij hoort.

 

FC Den Haag heet tegenwoordig ADO Den Haag en is hard bezig het negatieve imago van het verleden van zich af te schudden. De eerste periode titel is binnen en de Hagenaars durven stilletjes te denken over een mogelijke terugkeer in de Eredivisie. In december 2002 hopen ze groen licht te krijgen van de gemeente voor de bouw van een nieuw stadion. De F-side van Ajax betreurt nog altijd de overgang van stadion De Meer naar de Amsterdam Arena maar blijft in gesprek met het bestuur van Ajax om zoveel mogelijk ongenoegens duidelijk te kunnen maken.

 

 Tekst & research: Yfke Nijland

Regie: Dirk Jan Roeleven