support Casper
 
COMPETITIESTAND
      w g v p
1 WII 34 22 7 5 73
2 RJC 34 20 10 4 70
3 GRO 34 20 7 7 67
4 DOR 34 17 12 5 63
5 ADO 34 16 10 8 58
6 GRA 34 18 4 12 58
7 NAC 34 14 8 12 50
8 MVV 34 14 7 13 49
9 JAZ 34 14 7 13 49
10 CAM 34 13 6 15 45
11 VVV 34 12 9 13 45
12 EMM 34 13 6 15 45
13 HEL 34 12 8 14 44
14 JAJ 34 10 9 15 39
15 EIN 34 8 14 12 38
16 TEL 34 9 6 19 33
17 TOP 34 10 2 22 32
18 JPS 34 8 7 19 31
19 DBO 34 7 8 19 29
20 JUT 34 5 9 20 24
Prediction League
predictionleague
Bron van dit artikel
vi.nl

Datum plaatsing: 11-02-2015 20:42:00

Vdr Kallen en Beijersbergen: 'Het blijft toch een valse start voor Wang'


Ze sloten de meest spraakmakende deal van de laatste jaren in het Nederlandse voetbal. Mark van der Kallen (54) en Paul Beijersbergen (48). Na het oprapen van het failliete ADO, gaven ze de club zeven jaar later financieel gezond over aan de Chinezen.


De twee trekken zich terug, maar geven nog één openhartig interview.

 

door Freek Jansen

 

Wie het laatst lacht, lacht het best. En dat doen jullie volop nu alles is rondgekomen met de Chinezen?

Mark van der Kallen: ‘We zijn blij dat alles rond is, maar niet uit een gevoel van leedvermaak. Het is mooi dat we financieel er goed uit zijn gekomen en dat ADO onder leiding van United Vansen verder wil groeien.’

Paul Beijersbergen: ‘Terwijl er hier en daar wel reden zou zijn voor een glimlach. Hoe heet die krant ook alweer die altijd boven op het nieuws zit? Oh ja, De Telegraaf. Die konden het kantoor niet vinden van United Vansen, Wang was een luchtfietser en meer van dat alles. Nou, die hebben goed hun huiswerk gedaan...’

Van der Kallen: ‘Door de maanden heen is zoveel onzin voorbijgekomen.

Natuurlijk hadden ook wij twijfels doordat het zo lang duurde, maar dan alleen of het tijdig geregeld zou zijn. Niet of meneer Wang een luchtfietser was.’

 

Jullie kennen Hui Wang nog het best van iedereen. Wat is hij voor een man?

Van der Kallen: ‘Een bijzonder hartelijke man, die helemaal gek is van voetbal.’

Beijersbergen: ‘Mensen horen graag spannende cowboyverhalen, maar in het geval van Wang is het allemaal niet zo sensationeel. Hij is succesvol advocaat en zijn zwager een geslaagde zakenman in vastgoed en telecom.

Ze zijn samen eigenaar van een goedlopend sportmarketingbedrijf met een eigen vermogen van meer dan honderd miljoen euro en een netwerk vol grote Chinese bedrijven, die ze inzetten bij de organisatie van sportevenementen.’

 

Alleen het nakomen van afspraken is niet zijn beste eigenschap.

Van der Kallen: ‘De betaling heeft veel te lang geduurd en daardoor blijft het toch een valse start van Wang. Het gevoel is goed, maar uiteindelijk zal hij worden afgerekend op zijn daden.’

 

Toch zal de scepsis voorlopig overheersen. Wat moet een Chinees in hemelsnaam met ADO?

Beijersbergen: ‘Voor die markt is een Nederlandse club een prima ingang.

Hij heeft ook in Spanje en Italië rondgekeken, maar daar kwam veel meer bij kijken. Clubs met schulden bijvoorbeeld. Met ADO neemt hij een gezond bedrijf over.’

Van der Kallen: ‘Je kunt het ook omdraaien. United Vansen is vanuit China al jaren bezig voet aan de grond te krijgen in Europa. Verhalen over ADO-shirtjes in China zijn natuurlijk onzin. Maar ze willen daar bijvoorbeeld de Eredivisie gaan uitzenden, dan is dit goede reclame voor het bedrijf en een mooi podium voor Nederlandse bedrijven met plannen in China.’

 

Wang is inmiddels een soort knuffelchinees geworden, met een trotse directeur Maarten Fontein aan zijn zijde. Tussendoor werd ook even gemeld dat jullie hulp niet meer nodig was.

Van der Kallen: ‘Wij waren bereid nog even mee te helpen op de achtergrond. Puur om de overdracht goed te laten plaatsvinden. Maar dat was niet meer nodig; ook prima. Ze kiezen ervoor een volledig nieuwe weg in te slaan en het verleden los te laten. Dat kan, maar in bepaalde gevallen heb ik daar wel mijn bedenkingen bij. Dan heb ik het bijvoorbeeld over de raad van commissarissen. Voor de gemeente was dat een belangrijk punt, om enige continuïteit in de club te waarborgen, maar Wang en Fontein zien dat anders. Dat kan.’

‘De nieuwe leiding kiest ervoor een volledig nieuwe weg in te slaan en het verleden los te laten. Dat kan, maar in bepaalde gevallen heb ik daar mijn bedenkingen bij’Beijersbergen: ‘Ach, een nieuwe man aan het bewind, die zijn stempel wil drukken. Alleen liggen er afspraken, waar rekening mee moet worden gehouden.’

 

De bekende beginnersfouten die jaarlijks voorkomen bij ADO?

Van der Kallen: ‘ADO als kerkhof voor directeuren, dat beeld komt met regelmaat voorbij. Dan wordt er weleens naar ons gewezen, maar ik denk dat er bij iedereen wel redenen waren die niets met ons van doen hadden.

Blijkbaar worden mensen zó opgeslokt door alles wat erbij komt kijken bij een voetbalclub, dat ze zich opeens anders gaan gedragen. Gelukkig zijn er binnen ADO ook een aantal afdelingen die prima bemand zijn en altijd doordraaien.’

Beijersbergen: ‘De voetballerij zit vol ijdeltuiten, mensen die zichzelf in de aandacht willen zetten, omdat ze daaraan blijkbaar status verlenen. En dat gewichtig doen, vaak om helemaal niets. Door er wat humor tegenaan te gooien hebben we mooie momenten beleefd. Ik zal nooit vergeten dat we een paar jaar geleden Marco Boogers hadden gepolst om iets voor ADO te gaan doen. Cees Driebergen was als algemeen directeur helemaal in paniek. Stuurt hij Boogers voorafgaand aan het vervolggesprek een bericht: “Laten we zorgen dat we niet worden herkend”. Boogers en ik lachen, waarop we samen een antwoord bedachten.

Hij stuurde terug: “Als Mark en Paul zich verkleden als Bassie en Adriaan, jij als Pipo de Clown, dan kom ik als Mamaloe en spreken we af in een Haagse bunker”. Daarop stuurde Cees terug: “Afspraak bevestigd!” Dan kun je me dus wegdragen.’

 

Welk gevoel blijft hangen na acht jaar ADO?

Beijersbergen: ‘Mark heeft de club gered van het faillissement, daarna zijn we er samen mee aan de slag gegaan. De eerste periode juichte iedereen dat toe. Het was een puinhoop, het salarishuis was niet op te hoesten, er vielen lijken uit de kast. We hebben met nuchter verstand geprobeerd orde te scheppen in de chaos. Nou, dat vonden ze allemaal maar al te goed. Totdat alles liep, toen wilden verschillende mensen toch zelf weer de draad oppakken. Want Mark was de financier, dus wij moesten opeens op afstand blijven.’

‘We werden steeds meer beschouwd als een bank, maar belangrijke beslissingen werden opeens zonder ons genomen’Van der Kallen: ‘Dat was het begin van de tweede periode. We werden steeds meer beschouwd als een bank, moesten garant staan voor financiële risico’s, maar werden weggehouden van de besluitvorming. Belangrijke beslissingen werden opeens zonder ons genomen. Zo wilde algemeen directeur Cees Driebergen uit het niets Fred van der Hoorn als technisch directeur aanstellen. Wij waren onder meer op de achtergrond verantwoordelijk voor de financiële afwikkeling van contracten, maar werden niet even op de hoogte gehouden hierover. Piet Jansen flikte daarna hetzelfde, door Rob Meppelink als technisch manager aan te stellen.’

Beijersbergen: ‘Een functie waar geen prioriteit zat, want dat deel was goed geregeld. Zijn focus moest veel meer bij de jeugd liggen. Ik begrijp inmiddels dat Meppelink weer aanschurkt tegen de nieuwe directeur om alsnog een plekje als technisch manager veilig te stellen. Aandoenlijk.’

Van der Kallen: ‘Dat soort acties maakte het er niet leuker op. We hebben ons altijd volledig ingezet voor ADO. Hulp is goed, die hebben we ook volop gehad, alleen wel met open vizier en niet stiekem.’

Beijersbergen: ‘Ja, maar dat is de voetballerij, zeggen ze dan. Wat een onzin! Wij hebben ons altijd verzet tegen allerlei buitenstaanders die op zoek waren naar macht. Ach, het is vaak vooral een groot toneelstuk, dat veel mensen in stand houden. Aad de Mos, mooie vent. Hij bood zichzelf via de media aan als nieuwe technisch directeur. Dat leek ons geen goed idee, waarop hij overal ging verkondigen dat ik nooit verder was gekomen dan Quick Steps 9. Had hij helemaal uitgezocht, haha. Klopte trouwens niet, want ik ben niet verdergekomen dan de jeugd daar.

Uiteindelijk is het helemaal goedgekomen met De Mos, als adviseur heeft hij zeker zijn aandeel gehad, maar we lieten ons dus niet zomaar in een hoek zetten.’

Van der Kallen: ‘In de beginjaren riep ik dat we in het stadion de catering in eigen beheer moesten nemen. De directie wilde dat liever uitbesteden, net als de commercie. Hoe kon je het bedenken? Twee essentiële onderdelen om geld voor de club binnen te halen. Ze dachten dat het nooit zou werken. Uiteindelijk heb ik het toch gedaan, met als garantie dat ik zelf eventuele gaten zou dekken met een winst van minimaal zes ton per jaar. Het is een mooie inkomstenbron geworden voor ADO, waar veel andere clubs nu naar informeren.’

Beijersbergen: ‘Al dat denken in kaders omdat het nou eenmaal zo is... Nee, succes zou je alleen kunnen bereiken als je volgens een bepaald beleidsplan werkt. Wat een poppenkast! In het beste seizoen van de laatste decennia (2010/11, red.) kwam alles op basis van puur toeval tot stand. Oh ja, gecombineerd met een beetje mensenkennis. Dat jaar legde precies het probleem van veel voetbalclubs bloot. Het vasthouden aan beleidsplannetjes vol clichés en open deuren. In plaats van soms gewoon een gok te nemen en op het gevoel af te gaan. Frántisek Kubik en Dmitry Bulykin stonden op geen enkel scoutinglijstje, maar ze werden de helden van het seizoen. Waarom? Omdat we niet vasthielden aan die eeuwige profieltjes van al die wijsneuzen.’

Van der Kallen: ‘Met John van den Brom als grote animator. Ik was de enige die hem wilde hebben als trainer. Niet omdat ik hem kende, of omdat ik een ingewikkeld profiel had opgesteld, nee, omdat ik een artikel van hem in VI las. Dat lijkt me wel een aardige trainer, dacht ik. Iedereen had bedenkingen, maar ik volgde mijn gevoel en kreeg vervolgens steeds meer mensen mee.’

Beijersbergen: ‘Hij paste ook bij ons karakter. Welke trainer maakt nou spelers beter? Volgens mij bijna niemand. Het is vaak alleen maar zeuren over te smalle selecties en te weinig middelen, terwijl ze volgens mij betaald krijgen om tijdens trainingen die gasten beter te laten voetballen. Van den Brom snapte dat wel.’

 

Een jaar later hield diezelfde Van den Brom jullie voor de gek omdat in Arnhem een zak geld klaarstond.

Van der Kallen: ‘De ware details zijn nooit naar buiten gekomen, maar dat kan nu geen kwaad meer. Van den Brom dacht alles te hebben geregeld.

Hij was met vrienden in het vakantiehuisje van Paul in Marbella, en vloog tussendoor op en neer naar Zuid-Frankrijk voor geheime onderhandelingen met Merab Jordania. Toevallig zat een goede vriend van mij op dat moment op dat terras in Antibes. Hij belde op: “Mark, die John van den Brom is toch trainer van jullie? Die zit hier met die ene man van Vitesse”. Dus ik gelijk Paul bellen, die van niets wist.’

Beijersbergen: ‘Ik belde Van den Brom op. Zo, John, kun je eruit komen met Vitesse? Het was een paar tellen stil aan de andere kant van de lijn, waarop hij zei: “Ik bel je zo terug...” Die wist niet wat hij meemaakte. Hij bood even later zijn excuses aan, hij had het tegen niemand mogen zeggen. We hebben het uitgepraat, waarbij hij ook inzag dat we daarna zakelijk verschillende belangen hadden.’

Van der Kallen: ‘In de voetballerij is het vaak normaal vriendjes te helpen, maar wij dachten aan het belang van ADO. In het begin riepen we gewoon dat Vitesse maar twee miljoen moest betalen. Volgens mij heeft Paul van der Kraan nog altijd slapeloze nachten.’

Beijersbergen: ‘Jordania had alles met John van den Brom geregeld en gaf daarna Van der Kraan de opdracht: Afhandelen met ADO. Maar wij lieten ons niets wijsmaken. Ik weet nog goed dat Van der Kraan met overslaande stem belde: “Jordania is nu heel boos”. Toen hij hoorde dat ik hard moest lachen, deed hij er een schepje bovenop. “Jullie hebben tot vanavond negen uur, dan gaat mijn telefoon uit”. Daarop zei ik dat hij net zo goed direct de telefoon uit kon doen, want wij lieten Van den Brom niet zomaar gaan.’

Van der Kallen: ‘Uiteindelijk kwamen we uit op een mooi transferbedrag, rond de zes ton. Voor een trainer met een nog eenjarig contract een redelijk unicum in Nederland.’

 

Jullie handelsgeest dreef spelers en zaakwaarnemers veelvuldig tot wanhoop.

Beijersbergen: ‘In het begin hebben we de grenzen strak moeten aangeven en dan is het zaak je daaraan te houden en niet gek te laten maken. De bekende spelletjes konden we goed inschatten. Als een voetballer een paar goede wedstrijden achter elkaar speelt, vinden hij en zijn zaakwaarnemer al snel dat hij te weinig verdient. Maar gek genoeg heb ik nog nooit een speler gehoord die wat geld kwam inleveren omdat hij een paar weken te slecht voetbalde...’

Van der Kallen: ‘Het was altijd een mooi spel, waar we zeker lol aan konden beleven. Dan zei een zaakwaarnemer: “Ja, maar Michiel Kramer verdient zoveel, terwijl hij minder speelt dan míjn speler”. Waarop wij zeiden: Prima, dan verlengt jouw speler zijn contract met twee jaar en gaat hij anderhalf keer zoveel als Kramer verdienen. Dan wilden ze opeens weten wat Kramer verdiende, waarop we zeiden dat ze dat toch zo goed wisten... Je zag ze vervolgens vaak terugkrabbelen, want dan bleek hun informatie toch niet zo goed te kloppen. Ach, door de jaren heen hebben we alle trucjes wel voorbij zien komen.’

 

Ook het spanningsveld met de spelersgroep bracht veel teweeg.

Van der Kallen: ‘Vooral in het succesjaar was er sprake van een mooie interactie. En dan altijd dat spel rond die wedstrijdpremies. Het begon met Ajax-uit. In die tijd was de iPad net op de markt en populair onder voetballers. Dus ze hadden bedacht: Als we bij Ajax winnen, moeten we iets extra’s krijgen. Ik ging overstag en beloofde een iPad voor iedere speler. Vervolgens kwam die sensationele 0-1 in Amsterdam. Wat een feest! De A4 stond op de terugweg zelfs vol met fans, iedereen was uitzinnig van vreugde. En zoals afgesproken: iedereen een iPad. Wat denk je? Beginnen ze te zeuren dat er een verkeerd abonnement bij zat, haha.’

Beijersbergen: ‘Maar het allermooiste verhaal rond premies is toch wel die wedstrijd tegen PSV. Ja hoor, daar kwamen ze weer aan. Ze vonden dat wel een mooie wedstrijd voor een dubbele premie. Het kon niet op dat seizoen, dus Mark ging mee in alle euforie.’

Van der Kallen: ‘Ik had die gasten een dubbele premie beloofd, waarop iemand van ADO naar me toe kwam. “Je kunt de premie ook verzekeren, als je bij Unibet inzet. Als je op ADO inzet, win je een mooi bedrag”. Ik was totaal niet bekend daarmee, maar het klonk interessant. Uiteindelijk heb ik op zaterdagmiddag aan een van mijn zoons gevraagd of die Unibet kende. Ja, hij zou wel even kijken. Nu komt-ie. Dus wij inzetten op ADO, bij PSV, de quotering was 9,00. Duizend euro erop gezet, dat was het maximumbedrag, gestort met mijn creditcard op zijn account. Ik had ook echt het gevoel dat we in Eindhoven zouden winnen. ’s Avonds die wedstrijd en ja hoor, Verhoek maakt vlak voor tijd de enige treffer.

Iedereen weer helemaal uitgelaten, dubbele premie, en ik dacht ook een mooi bedrag te winnen, toch negenduizend euro. Totdat Unibet zich meldde: de letter van de voornaam van het account, dat van mijn zoon, kwam niet overeen met de letter die op mijn creditcard stond waarmee de storting was gedaan. Daar kwamen ze achteraf opeens mee aanzetten, een of andere pagina 24 van de voorwaarden. Ik heb er nog een advocaat op gezet, maar dat bedrijf zit op Malta en hanteerde andere wetten. Een heel doolhof, dus ik kon fluiten naar mijn centen. Wat een trieste grap.’

 

Er waren ook aantijgingen. Jullie zouden je zakken vullen.

Beijersbergen: ‘Onlangs stond er weer iets in De Telegraaf, het anti-ADO-krantje. Een column van iemand die zich van alles had laten influisteren en dat opschrijft zonder ook maar enige kennis van zaken of dingen te checken. Al die aantijgingen, klinkklare onzin. Stel dat wij er zaten om onze zakken te vullen, hoe is dat mogelijk als alles onder controle staat van een directie, een rvc en een gemeentelijke accountant? Alles wat uit de club zou worden gehaald, moest door de aandeelhouders worden aangevuld. De afspraak was dat wij pas bij een eigen vermogen van twee miljoen geld mochten onttrekken aan de club. Is nooit gebeurd. Maar ook dát is ADO: mensen schreeuwen heel hard, kakelen elkaar allemaal na, maar hebben geen flauw benul.’

‘Ook dát is ADO: mensen schreeuwen heel hard, kakelen elkaar allemaal na, maar hebben geen flauw benul’Van der Kallen: ‘Dat is het enige wat me soms is gaan tegenstaan. Mensen mogen klakkeloos onzin verkondigen en alles wordt maar overgenomen. Wij hebben onze eigen bedrijven en dan moet je uitkijken dat die twee dingen elkaar niet negatief gaan beïnvloeden. Gelukkig werd me één ding al heel snel duidelijk: het gezegde waar rook is, is vuur gaat in de voetballerij niet op.’

 

Jullie hebben bewezen dat je wél winst kunt maken met een voetbalclub.

Beijersbergen: ‘De grootste fout die clubs maken, is al het geld uit te geven. Waarom een speler drie ton laten verdienen, als hij ook genoegen neemt met twee ton? Ja, maar bij onze club zijn we tot deze salarissen in staat en anders krijg je discussie in de kleedkamer, hoor je dan.

Prima, maar dan geef je dus de macht uit handen en bepalen spelers en zaakwaarnemers wat er met je club gebeurt.’

Van der Kallen: ‘En verder is het de kunst vooral normaal te doen. Zo heel moeilijk is het niet een club te runnen. Het is vooral: gezond verstand gebruiken en niet meegaan in de gekte van het wereldje. Als de mensen om ons heen geen argumenten meer hadden, zeiden ze: “Ja, maar jullie komen niet uit de voetballerij”. Klopt, en dat is maar goed ook. Dat is wel gebleken.’

Beijersbergen: ‘Toen we begonnen, was ADO een beladen woord, nu hoor je weer met trots over de club praten. Daar hebben we op onze eigen manier een aandeel in gehad. Misschien moeten we er maar eens een boek over schrijven. Nee, een beleidsplan! Het was een mooie tijd, die we niet snel zullen vergeten. Nu is het aan meneer Wang.’