support Casper
 
COMPETITIESTAND
      w g v p
1 WII 34 22 7 5 73
2 RJC 34 20 10 4 70
3 GRO 34 20 7 7 67
4 DOR 34 17 12 5 63
5 ADO 34 16 10 8 58
6 GRA 34 18 4 12 58
7 NAC 34 14 8 12 50
8 MVV 34 14 7 13 49
9 JAZ 34 14 7 13 49
10 CAM 34 13 6 15 45
11 VVV 34 12 9 13 45
12 EMM 34 13 6 15 45
13 HEL 34 12 8 14 44
14 JAJ 34 10 9 15 39
15 EIN 34 8 14 12 38
16 TEL 34 9 6 19 33
17 TOP 34 10 2 22 32
18 JPS 34 8 7 19 31
19 DBO 34 7 8 19 29
20 JUT 34 5 9 20 24
Prediction League
predictionleague
Bron van dit artikel
vi.nl

Datum plaatsing: 21-03-2012 15:56:00

Aad de Mos: 'ADO was alles voor me'


In de papieren VI van deze week staat een 'mega monoloog' van vijf bladzijden van Aad de Mos. Onderstaand een paar gedeeltes die over ADO Den Haag gaan.


"Ik denk dat ik veel meer uit mijn carriere had kunnen halen als ik de stijl en attitude van Guus Hiddink had gebruikt. Dat is een lacune. Ik ben nooit een diplomaat geweest. Mijn opvoeding is daar debet aan. Ik ben een kopietje van mijn vader, Henk de Mos. Onrecht was uit den boze. Direct: Boem! Reageren. Vraag het maar na bij Dick Advocaat of Lex Schoenmaker. We kregen met z'n drieën een contract bij ADO. Zij speelden al vrij snel in het eerste elftal. Ernst Happel was gek met mij, maar wilde me een beetje met de voetjes op de grond neerzetten. Beste speler bij het jeugdtoernooi in Cannes geworden. Ik was natuurlijk het binkie bij ADO. En aanvoerder. Die gasten begonnen mij te dollen, dus op een middag heb ik die ballen zó weggepleurd. Naar Happel. Toen was ik aan de beurt, dat heb ik geweten. Hij liet me lekker in het tweede spelen. Een keer het bankie, maar het eerste elftal is er nooit van gekomen. Ik had natuurlijk ook wel een heel grote speler vóór me staan. Aad Mansveld kon ik er nooit uit spelen."

 

"Ik had geen geduld. Zoek het uit, dan toch geen contract? Ga ik lekker weg. Doei! Heeft me pijn gedaan. Ik weet die gevoelens nog precies. ADO was alles voor me. We woonden op de Moerweg 260, tegenover het Zuiderpark. Ik keek zó over het veld. Ik was drie jaar toen mijn vader me de eerste keer meenam. Dick woonde in de Majubastraat, Harry Vos in de Herman Costerstraat en Lex in de Schubertstraat. Onze ouders hadden geen geld voor vakantie, dus in de zomer hielpen we de terreinknecht. Lijnen trekken, vier gulden per veld. Graszoden steken, doelen in orde maken, netten ophangen, hoekvlaggen binnenhalen, hekken teren en dan kregen we twee hoekvlaggen, een touw en een bal. Gingen we voetbaltennis spelen.

 

Altijd waren we op het veld te vinden. Mijn vader zat in het bestuur, hij was commissaris materialen. Mijn opa en oma deden de was. Noem mij eens één reden waarom ik niet op dat veld zou zijn? Het was je leven. Dat Happel naar je toekwam en vroeg: "Du Lange, was machst du?"Ja, niks. "Geh mal die Jugend trainieren. Die zehnjärigen, ist eine gute Mannschaft." Ik dacht: Hoe weet die gek dan dat het een goed elftal is? Wat bleek? Zijn zoon speelde erin, Ernst junior. Zo ben ik begonnen in '64. En hij kijken. Happel was gek met mij. En dan op je achttiende je contract inleveren, dat was wel wat. Niet rechtsaf naar het Zuiderpark, maar linksaf met je fietsie naar de Schaapweg. Naar RVC, het cluppie van Karel Jansen. Daar heeft Aad Libregts, de vader van Thijs, me gescout voor Excelsior. Toen ben ik voor het eerst in VI gekomen. Meester De Mos voor de klas. In de schilderswijk, met heel lange haren. Zal het nooit vergeten, 1973. Die trots dat is iets...Onvoorstelbaars. Zo ben ik. Nog steeds. Ik hou van echtheid, wil niet me anders voordoen dan ik ben. Niet vandaag onweer en morgen regen. Niet lopen schipperen, of het nou die voorzitter is of de sterspeler. Beetje Haagse gewoonte: zeggen waar het op staat. Makkelijk. Heb je geen problemen. Maar voor je carriere moet je diplomaat zijn, net als Hiddink. Geef ze maar eens gelijk. Laat ze maar eens voelen dat ze ook belangrijk zijn en dan toch je eigen gang gaan. Verdeel en heers. Geef ze ook twee aankoopies."

 


In Den Haag komt hij nog maar zelden, al blijft het trekken. Het is het gevecht tegen de weemoed. "Toen mijn moeder overleed, heb ik het shirt gevonden waarin mijn vader in 1943 kampioen van Nederland werd. Dat hangt nou in de kantine bij ADO. Er lag ook nog een shirt van mij, tussen de handdoeken. Nummer 6, van het jeugdtoernooi dat we wonnen door Tottenham in de finale te verslaan."

 

"ADO is ADO niet meer. Het zou moeten worden geleid door mensen die van de club zijn en die er wat hebben meegemaakt. Deze mensen hebben dat gevoel niet, die werken er om zichzelf in de publiciteit te brengen of wie weet te verrijken. Zij zijn niet de mensen die de club verder gaan helpen. Als je Dickie, Lex of Aad niet goed genoeg vindt om ADO te helpen, dan twijfel ik aan hun intenties. Dus is er voor ons niks te doen. Maar de dag dat er een nieuwe raad van commissarissen komt, zou ik erover willen nadenken. Het is onze droom het te doen. Van binnenuit de club omhoogtillen. Ik denk dat wij in staat zijn een bolwerk neer te zetten en mensen met groot kapitaal te vinden om achter ons te gaan staan. Het zijn natuurlijk niet de eersten de besten in het voetbal: Dick, Lex en ondergetekende. Wij geven gratis advies, al is het maar om ze voor een miskoop te behoeden. Op het veld werken, kan niet. Niet bij ADO. Er mag nooit een breuk ontstaan met mijn jeugd en mijn jeugdherinneringen. Het liefst ben ik op de achtergrond. Dat je van achter de plantenbak de club omhoog ziet komen."